Disclaimer
Deze disclaimer is van toepassing op de inhoud en het gebruik van de website www.dewareislam.nl. Door het gebruik van de site accepteert de gebruiker deze disclaimer.
Ahmadiyya Moslim Jongerenorganisatie Nederland, doet haar best om de informatie en gegevens op deze website zo accuraat mogelijk te houden. Echter de juistheid en volledigheid van de verstrekte informatie kunnen niet worden gegarandeerd. Dit geldt ook voor alle andere websites die te bereiken zijn via een hyperlink.
De informatie en aanbevelingen op deze website kunnen zonder voorafgaande waarschuwing of kennisgeving worden gewijzigd. Wij spannen ons in om deze webpagina zo veel mogelijk beschikbaar te stellen, maar wij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele gevolgen van (tijdelijke) niet-beschikbaarheid.
Alle informatie op deze webpagina is bedoeld voor persoonlijk gebruik. Aan de informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Wijzigingen en typefouten worden voorbehouden. Wij spannen ons in om de informatie op deze webpagina zo volledig en nauwkeurig mogelijk te laten zijn.
Ahmadiyya Moslim Jongerenorganisatie Nederland, aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor schade op welke manier dan ook ontstaan door gebruik, onvolledigheid of onjuistheid van de aangeboden informatie op deze website.
Privacy Verklaring
U kunt deze website bezoeken zonder ons mee te delen wie u bent of enige informatie over uzelf te verschaffen. Er zijn echter situaties waarbij wij informatie van u nodig hebben om bijvoorbeeld met u te corresponderen, een reservering te plaatsen dan wel een inschrijving te verwezenlijken. Wij streven ernaar u dat te allen tijde te laten weten voordat wij persoonlijke informatie via internet verzamelen. Deze website houdt door middel van een teller het aantal bezoekers bij, de websites waar zij van afkomstig zijn en via welke provider men toegang heeft tot het internet. De resultaten worden uitsluitend in geaggregeerde en in niet tot individuele personen herleidbare vorm gebruikt.
Verzamelde (persoons)gegevens worden niet aan derden verkocht of ter beschikking gesteld. Dit behoudens speciale omstandigheden, bijvoorbeeld indien wettelijk vereist. Tevens kunt u op ieder gewenst moment verzoeken uw gegevens uit onze bestanden te laten verwijderen.
Rechten
Ahmadiyya Moslim Jongerenorganisatie Nederland behoudt alle rechten, waaronder auteurs- en merkrechten en of andere intellectueel eigendomsrechten, met betrekking tot alles wat op www.islamnu.nl staat. Daaronder vallen onder meer teksten, illustraties, grafisch materiaal, (handels)namen, logo’s en merken. Geen van deze rechten gaan over op gebruikers van de site.
Komt u ergens een fout tegen? Dan stellen we het op prijs als u ons daarvan op de hoogte stelt. Stuur een email naar info@dewareislam.nl
Binnen de ware islam wordt het concept van een geweldadige Messias veroordeeld. Hierover zegt de Heilige Koran het volgende: “De boodschapper is alleen verantwoordelijk voor het duidelijk overbrengen van de boodschap.” (29:19). Dit vers laat zien dat iedere profeet alleen gezonden is om een boodschap te verkondigen. Profeten kunnen daarom niet anderen dwingen om deze boodschap te aanvaarden.
De Heilige Profeet Mohammed (vzmh) heeft de komst van een Messias in de latere dagen voorspeld. Sommige moslims leggen hierbij de woorden van de Heilige Profeet verkeerd uit en geloven dat de Messias letterlijk alle kruisen zal breken en dat hij letterlijk alle zwijnen zal doden (iedereen die hem tegenstand biedt). Tegenover deze verkeerde uitleg erkent de ware islam dat de Messias alleen gebruik zal maken van logisch redeneren en overtuigende argumenten. Hij zal nooit gebruik maken van geweld om de ware leerstellingen van de islam over te brengen. Ook erkent de ware islam dat de Messias nooit degenen die de islam niet accepteren pijn kan doen.
Volgens de extremisten zal de gewelddadige Messias letterlijk alle zwijnen uitroeien. De ware islam ziet dit als een metaforische profetie, waarbij wordt bedoeld dat de Messias immoreel gedrag teniet zal doen. Bovendien is in de menselijke geschiedenis geen enkel profeet betrokken geweest bij bloedige feesten die de extremisten toeschrijven aan de tweede komst van de Messias. De ware opdracht van de Messias in deze voorspelling is om de mensen met liefde af te houden van onmenselijk gedrag.
Daarom leert de ware islam dat de verwachte Messias een vredelievende profeet zal zijn. Hij zal de wereld bevrijden van onrecht en verkeerde geloofsopvattingen door rationele en logische argumenten, niet door middel van geweld. Deze geloofsovertuiging is exact in overeenstemming met de leerstellingen van de Heilige Profeet, waarbij hij aangeeft: “Ik zweer bij Hem die mijn leven in Zijn handen heeft dat de Zoon van Maria zeker zal nederdalen onder jullie en dat hij met rechtvaardigheid zal oordelen.” (Bukhari).
Kortom, de ware islam verwerpt het concept van een gewelddadige Messias, omdat het in strijd is met de islam en ook met de Heilige Koran.
De ware islam gelooft in een verenigd spiritueel leiderschap om moslims vreedzaam te leiden. Dit idee stamt direct van de Heilige Koran en het voorbeeld van de Heilige Profeet Mohammed (vzmh) af.
De Heilige Koran leert dat het sektarisch geweld dat vandaag de dag bestaat een soort straf is van God. De reden voor deze straf is de weigering van de moslims om zich te verenigen onder spiritueel leiderschap. In de Heilige Koran lezen we in vers 6:66 het volgende hierover:” Zeg: Hij heeft macht om u van boven of van onder u straf toe te zenden en elkander geweld aan te laten doen. Zie, hoe Wij de tekenen uiteenzetten opdat zij mogen begrijpen.” Zie hierover ook het volgende vers: “En houdt u allen tezamen vast aan het koord van Allah en weest niet verdeeld en gedenkt de gunst van Allah, die Hij u bewees toen gij vijanden waart en Hij uw harten verenigde, zo werdt gij door Zijn gunst broeders en gij waart aan de rand van een vuurput en Hij redde u ervan.” (3:104). Hieruit blijkt dus dat de ware islam aan de moslims leert dat ze als een gemeenschap verenigd moeten zijn en dat dit de beste bescherming is tegen geweld en onenigheid.
De praktische voorbeelden van de Profeet Mohammed laten de Koranische leerstelling om niet verdeeld te zijn het best zien. Als het hoofd van de stad Medina hield de profeet moslims bij elkaar en vestigde het seculiere Handvest van Medina. Zo zegt artikel 15 van het Handvest: “De gelovigen (moslims) zijn allemaal vrienden van elkaar.” En in artikel 19 lezen wij: “De vrede van de gelovigen van de staat Medina kan niet worden verdeeld.”
In zijn afscheidsrede riep de profeet alle moslims op om: “Leer dat iedere moslim de broeder van een andere moslims is en dat de moslims zich moeten verenigen als één broederschap.” Na het heengaan van de profeet hielden de moslims zich aan deze leerstelling en waren verenigd onder het islamitische instituut van de door God aangesteld Kalifaat. Dit was gebaseerd op de leerstelling van de Koran. Deze leerstelling leert dat God zelf het islamitisch leiderschap vestigt voor degenen die in God geloven en de mensheid dienen. Zie hierover het volgende koranvers: “Allah heeft aan degenen onder u die geloven en goede werken verrichten beloofd, dat Hij hen voorzeker tot stedehouders op aarde zal stellen, zoals Hij degenen die vóór hen waren tot stedehouders maakte en dat Hij de godsdienst, die Hij voor hen heeft gekozen, zeker zal bevestigen, en dat Hij hun na hun vrees, vrede en veiligheid zal geven” (24:56).
Daarom gelooft de ware islam in het door God ingesteld Khilafat.
Er is geen straf voor afvalligheid in de Islam. Bovendien is er geen enkel voorbeeld van enige straf voor afvalligheid die werd toegekend door de Heilige Profeet Mohammed (vzmh). De Islam benadrukt vrijheid van godsdienst voor allen en laat het aan de mensen over de godsdienst van hun keuze te volgen. Hierover verklaart de Heilige Koran:
“Er is geen dwang in de godsdienst.” (2:257)
“Voor u uw godsdienst, en voor mij mijn godsdienst.” (109:7)
Vrijheid van godsdienst vormt daarom een grondbeginsel in de Islam, en dit maakt duidelijk dat godsdienst een persoonlijke aangelegenheid is tussen de mens en God. Mensen zijn vrij te geloven in welke godsdienst dan ook zonder enige bestraffing door de mens (Heilige Koran 4:138). De Islam herinnert ons er wel aan dat wij voor God verantwoordelijk zullen worden gehouden voor ons geloof en onze daden.
Er is ook geen straf in de Islam voor godslastering. Zo’n straf wordt niet voorgeschreven in de Heilige Koran en niet in de overleveringen van de Profeet Mohammed (vzmh). De Islam bevordert respect voor alle godsdiensten voor de zaak van vrede in de samenleving, en legt geen enkele straf op voor godslastering, ondanks het feit dat dit voor gelovigen aanstootgevend kan zijn.
De ware islam leert dat elke vers van de Heilige Koran geldig is en dat er geen tegenstrijdigheden en overbodige verzen in de Koran voorkomen. Hierover zegt de Heilige Koran: “Wij hebben niets uit het Boek weggelaten.” (6:39).
De extremisten proberen de islam te kapen en beweren dat de zogenaamde gewelddadige verzen de vredelievende verzen buitenwerking stellen. Zo beweren zij dat vers 9:5 van de Heilige Koran (Wanneer de heilige maanden voorbij zijn, doodt dan de afgodendienaren waar gij hen ook vindt en grijpt hen en belegert hen en loert op hen uit elke hinderlaag) vers 2:257 (Er is geen dwang in de godsdienst.) buitenwerking stelt. In feite verwijst vers 9:5 naar daden die moslims alleen als zelfverdediging mogen doen wanneer zij worden aangevallen, terwijl vers 2:257 laat zien dat moslims in geen enkel geval hun religie aan anderen op te leggen. Er bestaat geen enkel tegenstrijdigheid en ook wordt geen vers buitenwerking gesteld.
Ook citeren extremisten vaak vers 2:107 – Welk teken Wij ook opheffen of doen vergeten, daarvoor brengen Wij betere of daaraan gelijke – om aan te tonen dat een latere vers een eerdere vers opheft. Maar dit is niet de juiste interpretatie van het vers. Het vers 2:107 verwijst naar de opheffing van eerdere niet-islamitische geschriften, dus niet naar eerdere koranverzen.
In de Heilige Koran staan de volgende verzen om het bovenstaande te ondersteunen: “Hij is het, Die u het Boek heeft nedergezonden; er zijn verzen in, die onoverdrachtelijk zijn, zij vormen de grondslag van het Boek, en er zijn andere (verzen), die zinnebeeldig zijn. Maar degenen in wier hart dwaling is, volgen die, welke zinnebeeldig (bedoeld) zijn en zoeken tweedracht en de verkeerde uitleg. En niemand kent de juiste uitleg dan Allah en degenen, die vast gegrondvest zijn in kennis, die zeggen: “Wij geloven er in; het geheel is van onze Heer”; en niemand trekt er lering uit, dan zij, die begrip hebben.” (3:8) en “Allah heeft de beste verkondiging geopenbaard, een Boek (de Koran), overeenkomstig met zichzelf, vaak herhalend (vermaningen).” (39:24). Aldus verklaart de Heilige Koran dat zijn verzen elkaar ondersteunen en dat het helemaal van God afkomstig is. De Heilige Koran verwerpt elke theorie van opheffing.
Extremisten van zowel islamitische als niet-islamitsche zijde beweren ook dat de islam liegen toestaat (taqiyya). Echter, is dit geloof helemaal niet waar. In de Heilige Koran lezen wij:” En verwart de waarheid niet met de onwaarheid, noch verbergt de waarheid tegen beter weten in.” (2:43). Zie ook vers 4:136: “Volgt niet de begeerten, opdat gij niet onrechtvaardig zult zijn. En als gij de waarheid omzeilt of er u van afwendt, Allah is goed op de hoogte van wat gij doet.” De Heilige Profeet Mohammed leerde moslims ook het volgende: “Het is voor jullie verplicht om de waarheid te vertellen.” Dit laat zien dat leugen en bedrog niet thuishoren binnen de islam.
Samenvattend, verwerpt de ware islam de leer van opheffing en liegen (taqiyya).
De ware islam waardeert het leven van een mens, het erkent de universele rechten van de mens als basisonderdeel van het geloof. De ware islam benadrukt dat de gelijkheid van de mens is afgeleid van het idee dat de mens één schepper heeft en dat het iedere vorm van raciale of etnische superioriteit verwerpt. De Heilige Koran zegt hierover: “O, mensdom! Wij hebben u uit man en vrouw geschapen en Wij hebben u tot volkeren en stammen gemaakt, opdat gij elkander moogt kennen. Voorzeker, de godvruchtigste onder u is de eerwaardigste bij Allah. Voorwaar, Allah is Alwetend, Alkennend.” (49:14). Daarom verwerpt de ware islam ieder idee van ongelijkheid van de mens en omvat de Universele Rechten van de Mens.
Bovendien in zijn afscheidspreek zei de Heilige Profeet Mohammed (vzmh): “Alle mensen stammen af van Adam en Eva, een Arabier is niet meer dan een niet-Arabier noch is een niet-Arabier beter dan een Arabier. Ook is een blanke niet meer dan een zware en is een zwarte ook niet meer dan een blanke, behalve door vroomheid en goede daden.” Daarom leert de ware islam dat alle mensen gelijk zijn, ongeacht hun ras of nationaliteit.
De Heilige Koran bereidt de leerstelling, dat men goed moet zijn tegenover zijn ouders, uit naar de hele mensheid. Hierover zegt de Heilige Koran: “En aanbidt Allah en vereenzelvigt niets met Hem en bewijst vriendelijkheid aan ouders, verwanten, wezen, de behoeftigen en aan de nabuur, die een vreemdeling is en de nabuur die een bloedverwant is en aan de metgezel, de reiziger en aan degenen die onder uw macht zijn. Voorzeker, Allah heeft de pochers en de opscheppers niet lief.” (4:37). Verder leert de Heilige Profeet Mohammed (vzmh): “Jullie zijn net als broeders van elkaar, een zonde begaan tegenover zijn broeder, noch laat een ander een zonde verdragen zonder dat je hem helpt.” (Tirmidhi).
Kortom, verdedigt de ware islam universele mensen rechten.
De ware islam verwacht van een moslim dat hij loyaal is aan het land waar hij woont en ook dat hij wetten van het betreffende land gehoorzaamd, ongeacht wat voor land het is. Hierover lezen wij in de Heilige Koran: “O, gij die gelooft, gehoorzaamt Allah en Zijn boodschapper en degenen, die onder u gezag hebben.” (4:60)
Dit vers laat zien dat een moslim de regering moet gehoorzamen en loyaal moet zijn aan het gezag, ongeacht het geloof van de machthebbers. Ook de Heilige Profeet (vzmh) heeft zich hierover uitgesproken. Hij heeft hierover gezegd: “Jullie moet luisteren naar jullie heerser en hem gehoorzamen, zelfs al verafschuw je hem.” (Hadith Bukhari). De Heilige Profeet verklaarde verder dat het gehoorzamen van een regering een religieus gebod is: “Wie de heerser gehoorzaamd gehoorzaamd mij en wie de heerser niet gehoorzaamd is ook ongehoorzaam aan mij.” (Muslim).
In het leven van de Profeet Mohammed is deze leerstelling te zien. Ondanks de bittere vervolging van 12 jaar in Mekka, trotseerden de Heilige Profeet en zijn volgelingen het Mekkaanse gezag niet. Integendeel gingen de moslims vreedzaam weg uit Mekka. Hiermee waren zij een voorbeeld voor de volgende leerstelling in de Heilige Koran: “Schep geen wanorde op aarde.” (7:57)
Niet alleen moeten moslims hun regering gehoorzamen, ook moet een moslim volgens de ware islamitische leerstellingen dankbaar zijn voor de rechten en vrijheden die hun regeringen hen geven. De Heilige Koran herinnert de moslims: “De beloning van goedheid kan niet anders dan goedheid zijn.” (55:61). Omdat de Nederlandse moslims profiteren van allerlei vrijheden die de Nederlandse regering hen biedt, zijn zij verplicht om loyaal aan de regering te zijn. De Heilige Profeet heeft gezegd: “Hij die niet dankbaar is tegenover zijn medemens is niet dankbaar tegenover God.”
Loyaliteit en dankbaarheid aan Nederland betekent niet dat je niet van mening mag verschillen. Verschil van mening mag binnen de kaders van de wet worden geuit. Geen enkele moslim mag de recht in eigen hand nemen. De Heilige Koran verklaart in de verzen 2:12–16 dat het scheppen van wanorde en het bedreigen van de stabiliteit van een maatschappij de weg naar de verdoemenis is. Het is in elk geval geen weg naar verlossing.
Kortom, de ware islam is voor loyaliteit aan het land waar men woont.
De ware islam is voorstander van een algehele scheiding van moskee en staat. In de Heilige Koran wordt er niet een specifieke regeringsvorm gepromoot, maar leert wel dat de regering ongeacht de vorm rechtvaardig dient te handelen. Zo lezen wij hierover in de Heilige Koran: “Voorwaar, Allah gebiedt u het u toevertrouwde over te geven aan hen die er recht op hebben en dat, wanneer gij tussen mensen richt, gij rechtvaardig handelt.” (4:59). Vandaar dat de ware islam erkent dat rechtvaardigheid en niet religie de bepalende factor is bij het handelen van de regering.
De Heilige Koran verbied het opleggen van de islamitische Shariah en verbied ook alle andere vormen van religieuze dwang, zie koranvers (2:257): “Er is geen dwang inzake het geloof”. Iedere poging om de Shariah aan niet-moslims op te leggen is gelijk aan dwang en daarom is dat in strijd met de beginselen van de Heilige Koran.
In het Arabisch betekent Shariah een pad en verwijst naar de regels en gewoonten dat leidend is voor het leven van een moslim variërend van dagelijkse gebeden tot aan financiële zaken. De Heilige Profeet heeft nooit de islamitische Shariah op niet-moslims toegepast. Integendeel als leider van Arabië besliste hij tussen de Arabieren volgens hun eigen geloof, als er geschillen tussen hen waren. Hierbij kregen zij de keuze tussen ondere andere de Joodse wet, islamitische Shariah en seculiere regels.
Tegen de Heilige Profeet (vzmh) zegt de Heilige Koran: “Vermaant hen daarom want gij zijt slechts een vermaner, Gij zijt geen waker over hen.” (88:22-23). De Heilige Profeet was dus verantwoordelijk voor het duidelijk overbrengen van de boodschap. Hij mocht deze niet opleggen. De ware islam leert dus dat een moslim niet mag verwachten van anderen dat zij leven zoals de islam dat voorschrijft. Daarom wordt binnen de islamitsche traditie een scheiding tussen moskee en staat aangemoedigd. Zeker als het gaat om zaken die niet-moslims betreffen.
De islam pleit meer dan elke religie of politieke systeem voor een seculiere regering. Absolute rechtvaardigheid moet hierbij worden gepraktiseerd, ongeacht de religie, kleur en groep. Dit is wat de koran ons adviseert als het gaat om de staatsvorm. De ware islam is dus voorstander van scheiding tussen moskee en staat.
De ware islam leert dat ieder mens het recht heeft op een vrije meningsuiting en vrijheid van religie zonder dat sprake is van dwang of straf. Deze uitleg is gebaseerd op het volgende koranvers: “Er is geen dwang in de godsdienst.” (2:157)
Daarom onderschrijft de ware islam het eerste artikel van de Nederlandse grondwet en ook dat van de Universele Verklaring voor de Rechten van de mens, welke vrijheid van geweten, religie en meningsuiting garanderen.
Ook tonen zowel de Heilige Koran als de Heilige Profeet Mohammed (vzmh) aan dat de ware islam het veranderen van religie niet bestraft. Zo lezen we in de Heilige Koran: “En als Allah had gewild, zouden zij geen goden hebben opgericht. Wij hebben u (de Profeet) geen bewaker over hen gemaakt, noch zijt gij voogd over hen.” (6:108). Dit vers laat zien dat geen enkel mens het recht heeft om dwang uitoefenen op anderen inzake het geloof. De ware islam leert wel dat de islam de doodstraf alleen toestaat ingeval van moord of verraad.
Als reactie op degenen die zich beledigend uitlaten over de islam (blasfemie) leert de ware islam men hiermee terughoudend moet omgaan. Zo lezen we in de Heilige Koran: “En de dienaren van de Barmhartige zijn zij, die zachtmoedig op aarde wandelen en als de onwetenden hen aanspreken, zeggen zij: “Vrede” (25:64). Sterker nog, de Heilige Koran benoemt vijf gevallen van blasfemie, maar schrijft hiertegen nergens een wereldse straf voor. De ware islam is tegen de anti-blasfemie wetten van moslimlanden.
Kortom, de ware islam veroordeelt elke wereldse straf wegens afvalligheid of blasfemie, omdat alleen God het recht heeft om iedere daad van afvalligheid of blasfemie te veroordelen.
De ware islam erkent dat mannen en vrouwen zowel in werelds opzicht als in spiritueel opzicht gelijk zijn. In de Heilige Koran staat er geschreven: “Maar, wie goede werken verricht, hetzij man of vrouw, en gelovig is, zal de Hemel binnengaan…” (4:125). Volgens de islam zijn zowel mannen en vrouwen beiden in staat om God te bereiken en om een rechtvaardig leven te leiden. Dit is ook het belangrijkste doel van de mens. Hierover lezen wij in de Heilige Koran: “Voorwaar, de Moslims en de Moslima’s en de gelovige mannen en vrouwen, de gehoorzame mannen en vrouwen, de waarachtige mannen en vrouwen, de standvastige mannen en vrouwen, de mannen en de vrouwen die nederig zijn, de mannen en de vrouwen die aalmoezen geven, de mannen en de vrouwen die vasten, de mannen en de vrouwen die hun kuisheid bewaren, de mannen en de vrouwen die Allah vaak gedenken – voor zulken heeft Allah vergiffenis en een grote beloning bereid.” (33:36) Hieruit volgt dat mannen en vrouwen dezelfde beloning ontvangen voor hun daden.
Behalve dat de spirituele wereld belangrijk is, erkent de islam ook dat de vrouw in deze wereld een behoorlijke status heeft. De islam is de eerste religie die opkwam voor de economische rechten van de vrouw en het recht op onderwijs. De Heilige Profeet (vzmh) heeft gezegd dat: “Het is de plicht van elke moslimman en moslimvrouw om kennis te vergaren (Ibn Majah).” De profeet had zo’n hoge respect voor de kennis, wijsheid en onderwijs van zijn vrouwen dat hij heeft gezegd dat: “De helft van de islam kan worden gleerd van Ayesha.” Na de dood van de profeet ging de hele moslimgemeenschap naar de vrouwen van de profeet voor advies. Dit toont aan dat binnen de islam vrouwen worden gewaardeerd als bronnen van kennis.
Veertien eeuwen geleden kende de islam economische rechten aan vrouwen toe. Zo kregen vrouwen het recht van eigendom, recht op echtscheiding, het recht om te hertrouwen en rechten om zeker te zijn van hun economische onafhankelijkheid. Zo had de eerste vrouw van de Heilige Profeet (vzmh), Khadijah, had een eigen onderneming en bestuurde deze ook.
Beide geslachten worden binnen de islam aangemoedigd om zich netjes te kleden en om hun ogen neer te slaan. Vrouwen worden hiernaast nog aangespoord om hun hoofden te bedekken en om een overkleed aan te trekken om hun schoonheid voor vreemden te verbergen. Hierdoor wordt de samenleving aangespoord om de vrouw te waarderen op haar intellectuele verdiensten, dan om haar lichamelijke schoonheid. Integenstelling tot bepaalde beweringen zijn moslimvrouwen actief in elke sfeer van het leven en behoren tot de meest geleerde vrouwen in de wereld. Zo zijn er in moslimlanden vrouwelijke staatshoofden, vrouwelijke artsen, vrouwelijke advocaten, journalisten en ingenieurs. Daarnaast zijn hebben vrouwen ook de rol van moeder, dochter, zuster en echtgenote. Kortom, de islam erkent dat mannen en vrouwen gelijk zijn.
Binnen de ware islam betekent het woord jihad het strijden en streven in goede werken met als doel om dichterbij God te komen. Een gewelddadige jihad heeft geen plaats binnen de ware islam. In de Heilige Koran staat in hoofdstuk 5 vers 33, immers geschreven: “wie ook een mens doodt, … , het ware alsof hij het gehele mensdom had gedood.”
Als we de ware leerstellingen van de islam erop nalezen dan is er geen plaats voor een gewelddadige jihad, of deze wordt begaan tegen moslims of tegen niet-moslims. Slechts in bepaalde gevallen is het volgens de Heilige Koran toegestaan om de wapens op te nemen. Zie hierover het volgende koranvers:
“Toestemming om te vechten is gegeven aan degenen tegen wie gevochten wordt, omdat hun onrecht is aangedaan.” (Heilige Koran 22:40)
Allen ingeval van zelfverdediging is het toegestaan om te vechten en alleen nadat een aggressor is begonnen met vechten. Het doel van een dergelijke oorlog wordt in de Heilige Koran verder uitgelegd, in koranvers 22:41: “En indien Allah sommige mensen niet met behulp van anderen tegenhield, zouden ongetwijfeld kloosters, kerken, synagogen en moskeeën, waarin dikwijls de naam van Allah wordt herdacht, afgebroken zijn.“ Het doel van een oorlog is daarom dat een ieder zijn godsdienst vrij kan beoefenen.
De jihad die de ware islam wél aanmoedigd is de ‘jihad met de pen’. Hiermee wordt bedoeld dat men met elkaar in dialoog gaat, zonder dat enige vorm van dwang wordt toegepast. In het leven van de Heilige Profeet Mohammed (vzmh) zien we een aantal praktijkvoorbeelden van deze leer. Op het moment dat hij de leider van Mekka werd, vergaf hij al zijn tegenstanders die hem voorheen vervolgden op voorwaarde dat een ieder zijn religie vrij kan beoefenen.
Sterker nog, de eerste koranverzen die werden geopenbaard laten zien dat de jihad van de pen de enige manier is om de islam te verkondigen, zie Heilige Koran 96:2-5: “Verkondig de naam van uw Heer, de Schepper. Die de mens uit geronnen bloed schiep. Verkondig, want uw Heer is de meest Eerbiedwaardige. Die (de mens) door middel van de pen onderwees.” En aan de Heilige Profeet Mohammed wordt de volgende gezegde toegeschreven: “De inkt van een geleerde is heiliger dan het bloed van een martelaar.”
Al met al kan gezegd worden dat de islam een niet-gewelddadige jihad voorstaat.
De ware islam verwerpt alle daden van terrorisme. De Heilige Koran verbiedt moslims om wanorde in de wereld te scheppen.
Zie hierover de volgende verzen:
“… en wandel niet op aarde onheil stichtende.” (Heilige Koran 29:37),
“… en zij pogen wanorde te scheppen op aarde en Allah heeft de onruststokers niet lief.” (Heilige Koran 5:65) en
“… en schep geen wanorde op aarde, want Allah heeft hen, die onheil stichten, niet lief.” (Heilige Koran 28:78).
De Heilige Koran erkent de onschendbaarheid van het menselijk leven. Hierover lezen wij in het volgende koranvers:
“…wie ook een mens doodt, behalve wegens het doden van anderen of het scheppen van wanorde in het land, het ware alsof hij het gehele mensdom had gedood, en voor hem, die iemand het leven schenkt, alsof hij aan het gehele mensdom het leven heeft geschonken.” (Heilige Koran 5:33)
De ware islam erkent dat, ongeacht de reden, er geen enkele rechtvaardiging bestaat voor terrorisme tegen elke individu, regering of natie. Het is daarom niet correct om de daden van extremisten en terroristen toe te schrijven aan de islam en haar leerstellingen.
De Heilige Profeet Mohammed (vzmh) heeft alle soorten van terrorisme in naam van de islam verworpen. Zelfs toen de moslims 12 jaar lang hevig werden vervolgd, heeft hij nooit toegestaan dat deze vervolging met geweld werd beantwoord. Integendeel, de Heilige Profeet heeft zijn volgelingen opgedragen om naar een ander land te emigreren, wat in overeenstemming is met de leerstelling van de Heilige Koran, zie vers 4:98: “Zij zullen antwoorden: “Wij waren in het land machteloos.” Zij (de engelen) zullen echter zeggen: “Was Allah’s aarde u niet groot genoeg om daarop te verhuizen?” Hieruit volgt dat de Heilige Koran leert dat ingeval van een hevige vervolging het beter is om te emigreren dan te vergelden. Hierdoor blijft de vrede gehandhaafd.
Samenvattend, de ware islam verwerpt en veroordeelt stellig alle vormen van terrorisme. Het voorziet in geen enkele rechtvaardiging voor elke daad van terrorisme, ongeacht door wie deze daad wordt gepleegd, zij het een individu, een groep of een regering. Een andere reden waarom de ware islam iedere vorm van terrorisme afwijst is dat geen enkele ware religie, ongeacht de naam, toestaat dat geweld wordt gebruikt tegen en/of bloed wordt vergoten van onschuldige mannen, vrouwen en kinderen in de naam van God.